Joodse vluchtelingen in Albanie
Gasten bescherm je, desnoods ten koste van je eigen leven. Albanië telde na de Tweede Wereldoorlog meer joden dan ervoor. De besa, de traditionele belofte tot bescherming van een gast, speelde daarbij een rol. Veel Albanezen zijn trots op het feit dat bijna alle joden op Albanees grondgebied de Tweede Wereldoorlog hebben overleefd. Door het decennialange isolement van het land onder de marxistische dictator Enver Hoxha bleef dit gegeven lang binnen de kring redders en geredden.
Een van de verklaringen voor de ruimhartige opvang van de vluchtelingen was de relatief grote religieuze tolerantie in het vooroorlogse Albanië, tussen katholieken, orthodoxen en moslims. Die strekte zich ook uit tot de joden. Ook de
traditionele besa, de belofte tot bescherming van de gast, desnoods ten koste van je eigen leven, speelde een rol.
Ter gedachtenis aan de bescherming van de joden in Albanië tijdens de Holocaust.
(Toespraak op de Yom Hashoah herdenking (Holocaust Memorial) Huldiging van de Albanese rechtvaardige niet-joden en joodse overlevenden, New York City Council Chamber, 2 mei 1997)
Door Dr. Anna Kohen.
Beste vrienden,
Ik ben hier vandaag om de grootste tragedie uit de geschiedenis van onze natie te herdenken, de holocaust. We zijn tevens hier om een aspect van het menselijk gedrag te eren, nl dat van hulp geven aan elkaar in tijden van nood. We kijken terug op deze donkere tijden van de beschaving met betraande ogen en gebroken harten op zoek naar mooiere momenten om de pijn te helen. Elk drama heeft zijn eigen goede kanten. Het brengt mensen dichter bij elkaar ongeacht ras, kleur of godsdienst. Daarmee kan men proberen de hoop te herstellen in de ziel van de slachtoffers en de wonden te genezen veroorzaakt door hun medemensen.
We zullen ons de holocaust niet alleen herinneren omwille van de miljoenen levens die omkwamen in de vlammen van haat, de holocaust zal tevens een herinnering zijn aan de menselijkheid van degenen die de joden hebben geholpen. Er is een klein landje in het hart van Europa, Albanië genoemd, waar ik gelukkig werd geboren, waar gastvrijheid aan vreemdelingen een deel is van hun traditie.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben de Albanezen niet alleen alle joden gered die tussen hen leefden, ze hadden tevens de moed om hun huizen, hun eten en hun leven te delen met hen. Albanië heeft ook zijn Oscar Shindlers, en inderdaad, zoveel zelfs dat we al deze edele mensen nooit voldoende zullen kunnen bedanken. Laten we niet vergeten dat niet één -niet één- enkele jood die leefde in Albanië, of onder degenen die er hun toevlucht zochten overgeleverd werd aan de fascisten. Ze vonden allemaal een veilige haven in tijden van groot gevaar bij hun beschermers.
Mij familie was één van de vele families die werden gered. Ik ben geen overlevende van de holocaust maar een kind van overlevenden, geboren in Vlora in het zuiden van Albanië. Mijn ouders, Nina en David Kohen, kwamen uit Janina, Griekenland. Ze leefden in Vlora toen de Nazi’s Albanië binnenvielen. Ze vluchtten naar de bergen en verborgen zich in een klein moslimdorpje, Trevlazer genoemd. Ze gebruiken moslimnamen, mijn vader David werd Daut, mijn moeder Nina werd Bule, en mijn broer Elio werd Ali. Iedereen in het dorp wist dat ze joden waren maar niemand heeft hen ooit verraden.
Ik had een mooie ervaring die ik graag met jullie zou willen delen: toen ik 5 of 6 jaar oud was liep ik met mijn moeder over de straat en hoorde ik iemand roepen: “Bule, Bule !!! Ik draaide me om om te zien wat er gaande was. Ik zag een vrouw die onze richting uitgelopen kwam. Ze rende naar mijn moeder en begon haar te kussen en te omhelzen terwijl de tranen over haar gelaat stroomden. Later heeft mijn moeder me verteld dat zij één van de vrouwen was uit het moslimstadje die haar leven had gered. Andere joden werden ook verborgen in de huizen van de moslims.
Zoals je kan zien, de Albanese moslims riskeerden hun levens voor de joden. Ik zou hier vandaag niet staan om deze toespraak te houden zonder de moed en de generositeit van deze mensen uit Albanië.
Tot 1990 was er weinig geweten over Albanië en de Albanese joden, maar toen de grenzen van het land weer opengingen, herinnerde een Israëlische fotograaf, Gavra Mandil, zich de Veseli familie die zijn leven had gered. Gavra Mandil had bescherming gezocht in Albanië nadat de Nazi’s Yoegoslavië waren binnengevallen en werd gered door de Veseli familie. Hij nodigde Refik Veseli uit naar Israël en voor het eerst in de geschiedenis werd een Albanese Moslim geëerd met de titel van Rechtvaardige niet-jood. Als je kijkt naar de kalender in het Holocaust Memorial Museum in Washington DC, op de tweede bladzijde op de maand februari daar staat een foto van Gavra Mandil en Refik Veseli. Sedert die tijd werden steeds meer Rechtvaardige niet-joden herontdekt en gehuldigd in Israël.
Een lijst van al hun namen kan je vinden in het Museum. In naam van de joden uit Albanië die thans leven in Albanië, Israël en de Verenigde Staten zou ik graag een boodschap meegeven voor het Albanese volk en alle rechtvaardige niet-joden: Dank U, omdat jullie onze levens hebben gered, we zullen jullie nooit vergeten !Zoals Apostol Kotani zegt in zijn laatste boek: ‘The Hebrews of Albania During Centuries’: “Sikur te kisha krahe e te fluteroja do te veja te puthja token Shqipetare qe me shpetoj jeten/ Als ik vleugels had om te vliegen dan zou ik erheen gaan om het heilige land Albanië te kussen dat mijn leven heeft gered.” Dank U